PublicatiesMaatschappelijk ondernemerschap
Let op! Kans voor bestuurlijke innovatie. Column voor Zorgvisie
Ruim baan voor maatschappelijke ondernemers en professionals
Het probleem van innovatie in de langdurige zorg is een gebrek aan steun voor de pioniers. Nu delen van de AWBZ- en jeugdzorg naar de gemeenten gaan, doen zich nieuwe kansen voor om maatschappelijke ondernemers en professionals ruim baan te geven.
Enige tijd terug was ik op de bruisende, afsluitende markt en ‘after’-party van het ‘Transformatieprogramma Langdurige Zorg’. Vooral de ontmoeting met de pioniers en maatschappelijk ondernemers was inspirerend. Van nieuwe technologie in de thuissituatie tot nieuwe methodieken om demente bejaarden of verslaafden te helpen, van een nieuwe manier resultaat berekenen tot thuiszorg dichterbij de mensen en de eerste lijn. Allemaal stonden ze met hun standje en verhaal klaar en dat leidde tot goede inzichten en gesprekken. Ik had er al eerder op papier kennis van genomen, als lid van de Denktank, maar dit was veel leuker en beter. De grote zorg die we met al dat praten over stelsels en geld en sturing moeten hebben, is immers of er straks ook nog dit soort betrokken pioniers zijn om de langdurige zorg actueel en innovatief te houden.
Klachten en nieuwe kansen
Betrokkenheid wordt het belangrijkste criterium voor alle toekomstige veranderingen, ook omdat innovatie vaak efficiëntere en effectievere zorg oplevert. Het is een misverstand uit de lobbycircuits dat innovatie alleen maar duurder is. De ontwikkel- en innovatieactiviteiten zelf, zoals ook dit programma, zullen geld kosten, omdat het anders ten koste van de smalle budgetten en de zorg gaat, maar dat geldt zeker niet als ze eenmaal worden toegepast.
Maar daar zijn we juist niet goed in: veel van deze pioniers klagen over het gebrek aan steun uit de reguliere kanalen, aan echte interesse van andere bestuurders, aan continuïteit voor hun experiment als de tijdelijke potjes op zijn, aan werkelijk ‘zorgresultaatdenken’ bij alle instanties. Er is dus heel veel te doen. Daar zou je wel een stelselwijziging voor over hebben.
“Betrokkenheid wordt het belangrijkste criterium voor alle toekomstige veranderingen …”
In de zorg komen er nu twee van deze ‘kansen’ op echte vernieuwing aan. De AWBZ wordt eindelijk aangepakt, zo belooft het regeerakkoord. Het voorgenomen antwoord is decentralisatie van delen van de AWBZ naar gemeenten en verandering van de rol van zorgverzekeraars in het andere grotere deel. Voor de gemeenten is er ook nog het voornemen de Jeugdzorg te decentraliseren vanuit de provincies.
Beide operaties betekenen voor gemeenten een vergroting van het verantwoordelijke budget van zo’n 5 miljard euro. Een enorme operatie. Kunnen gemeenten dit aan, leidt het uiteindelijk tot betere zorg en gaan we leren van onze fouten uit het verleden?
Kracht en zwakte
Er is er één ervaring waaruit we kunnen leren: de overgang van de thuishulp naar de Wmo. Deze operatie heeft ons veel geleerd over kracht en zwakte van gemeenten. Hun kracht in veel gevallen: zuinigheid, zorgvuldigheid, heldere en bekende baliefunctie. Direct aan het begin hebben ze de wensen van de doelgroep en cliënten zorgvuldig opgehaald. Lastiger bleek het die wensen in het lokale beleid van andere sectoren, zoals huizenbouw, openbaar vervoer en welzijn in te passen, maar het gebeurt inmiddels wel. Er waren ook veel echte en overduidelijke zwakten: ondoordacht en amateuristisch juridificering van het aanbesteden, belachelijke tarieven opleggen, het veld van zorgaanbod niet goed kennen en een wirwar aan eisen stellen. Soms was er toch ook een kastje-naar-de-muur-bureaucratie, waarin complexe gevallen vermalen werden.
Er is echter van de problemen zeker geleerd. We zien andere, minder krampachtige vormen van aanbesteden, betere tarieven, aanpassingen van de baliefunctie, beter accountmanagement naar de aanvrager. Al met al durf ik wel de slotconclusie aan dat gemeenten nu beter op onze collectieve middelen letten, meer onder publieke controle staan en daardoor flexibeler zijn dan zorgverzekeraars.
Werk aan de winkel!
Deze column werd op 7 april 2011 gepubliceerd op Zorgvisie.nl
Noot van de redactie: ten behoeve van de leesbaarheid zijn tussenkopjes en citaten toegevoegd.