Maatschappelijk ondernemerschap
Maatschappelijk ondernemerschap – inleiding op het thema
Als ondernemer de goede dingen doen en bijdragen aan de samenleving
Voor mij betekent maatschappelijk ondernemerschap: als ondernemer de goede dingen doen en bijdragen aan de samenleving. Het sluit aan bij het concept van social entrepreneurship. Als term heb ik dit in Nederland geïntroduceerd in het Handboek Maatschappelijk Ondernemerschap*.
Het boek ondersteunde in 1994 maatschappelijk georiënteerde ondernemers vanuit diverse invalshoeken: juridisch, financieel & organisatorisch. Maar ook over de organisatie van en omgang met vrijwilligers. Enkele voorbeelden uit het boek:
- Camping Zeeburg, die werklozen aan werk hielp.
- Het Panda broodje, een samenwerking tussen een bakkerij en het Wereld Natuur Fonds, waarbij een deel van de opbrengst naar het WNF ging.
- Stichting Timon, waarbij kerkelijke gemeenten samenwerkten voor sociale doelen.
- de Utrechtse Botanische Tuinen die aanvullende financiering zochten op de markt, omdat de band met universiteiten losser en dunner werd.
Het maatschappelijke is niet alleen van de overheid
Het concept viel in Nederland destijds midden in het scherpe ideologische klimaat over privatisering. Voor- en tegenstanders zagen alleen een keuze tussen markt of staat. Een veel te beperkt spectrum mijns inziens. Vanuit deze beperkte waarneming snapten beide partijen het concept niet. Of wilden het niet snappen.
Ondernemerschap is in dat perspectief immers voorbehouden aan marktpartijen en ‘echte’ ondernemers. En al het maatschappelijke is dus alleen maar iets van de overheid en kost de belastingbetaler daarom geld.
‘Naast staat en markt is er eigenstandig actief burgerschap’
Het is de reden dat ik in de jaren negentig een driehoek introduceerde: naast staat en markt is er immers ook de burger. Een eigenstandig actief burgerschap, dat onder andere zichtbaar wordt in burgerinitiatieven, coöperaties en het ontstaan van veel non-profitorganisaties.
Debat over maatschappelijk ondernemerschap
Voor Public Space Foundation zijn dit soort conceptuele en ideologische discussies belangrijk. Een debat moet open en slim strategisch zijn. Het helpt als het debat niet alleen ideologisch gedreven is en gebonden aan belangen, maar plaatsvindt in confrontatie met en inzicht in de werkelijke praktijk.
Die praktijk kende ik als geen ander vanuit het organisatieadviesbureau Boer & Croon, waar ik destijds mede-eigenaar en bestuursvoorzitter was. Binnen die firma richtte ik vanuit dit soort thought leadership de denktank Public Space Foundation op in 2001.
Maatschappelijk ondernemerschap is dus wezenlijk voor Public Space. Het verklaart ook de naam: SPACE is een afkorting voor Strategies for Public And Civil Entrepreneurs. Dit stond en staat voor de kern van wat ik in concepten en debatten en boeken wil bijdragen.
* Springer 1994, co-auteur met dr. Th. Schuyt en drs. P. Verveen