Maatschappelijk leiderschap
De PvdA: Mijn handen jeuken nog steeds
Al vanaf medio jaren 80 ben ik als actief lid betrokken bij en op de landelijke koers en ontwikkeling van de PvdA. Eén van mijn eerste acties was deelname aan de debatten van de commissie Pronk die in 1987 rapporteerde onder de bekende titel ‘Schuivende Panelen‘. Medio jaren 90 was ik lid van een kleine commissie onder leiding van Annie Brouwer om te evalueren, in opdracht van het congres, hoe de personele samenstelling van 2e en 1e kamerfractie tot stand was gekomen en hoe dat voortaan beter en zorgvuldiger kon. Eind jaren 90 was ik lid van de commsisie Brouwer die met vooruitziende blik adviseerde over partijvernieuwing, waaronder een nieuwe, kleinere, bestuursstructuur. In de daaropvolgende verkiezingen bleek hoe cruciaal ook electoraal partijorganisatie en partijstijl is. En, in de heftigste periode van onze landelijke politiek ooit, namelijk de periode 2001 tot en met 2005, zat ik in het partijbestuur met Ruud Koole als partijvoorzitter. Terugblikkend kun je zeggen dat we het toen goed gedaan hebben.
Tevens heb ik in die periode als voorzitter van een speciale commissie een advies uitgebracht over een sociaal-democratische visie op het stelsel zorg, dat grotendeels door het congres is overgenomen en waarvan grote delen herkenbaar in het nieuwe regeerakkoord terecht zijn gekomen.
Kandidatuur Eerste Kamer
Het was dus logisch dat ik me beschikbaar hield voor een nieuwe bijdrage, in dit geval kandidatuur voor de Eerste Kamer. Die was aan de orde op het congres van Zwolle van 17 februari 2007. De commissie-Van Nieuwenhoven hanteerde echter criteria waardoor ik al vanaf het begin wist dat ik weinig kans had op een hoge plaats. Zittende mensen mochten in principe door. De man-vrouwverdeling was heilig. Rechtskennis moest gewaarborgd zijn in de fractie. De fractie waarvan uitgegaan moest worden, zou in principe krimpen. En een goede regionale spreiding was zeer belangrijk. maar er waren erg veel kandidaten uit Utrecht, mijn woongebied. Oorspronkelijk stond ik slechts 1 ‘mannen’ -plaats achter Klaas de Vries (die terecht door het congres naar voren is geschoven) en had en heb daar natuurlijk vrede mee. Ik bewonder Klaas zeer. Ondanks de onverkiesbaarheid van mijn huidige plek, heb ik mijn kandidatuur gehandhaafd, omdat ik wil laten zien dat mijn handen nog steeds jeuken om mee te helpen, juist in deze moeilijke tijden van electorale neergang. Vanuit mijn ondernemersachtergrond zeg ik ook: de markt en dus ook de kiezer heeft ALTIJD gelijk en de PvdA zal dus echt aan de bak moeten, zowel in koers als organisatie. Dan past het niet bij mijn karakter om aan de kant te blijven staan.