Maatschappelijk ondernemerschap
Manifest Denktank Jeugdsprong biedt nieuwe integrale visie op jeugdzorg
Het belang van privaat, onafhankelijk denken in Nederland opnieuw bewezen
De Denktank Jeugdsprong lanceert 17 mei a.s. haar manifest over de vernieuwing van de jeugdzorg. Daarna zal het ook worden aangeboden aan de vigerende (in-)formateur in Den Haag. Hierop is tot 12 mei a.s. in te schrijven, uiteraard is de deelname digitaal en kun je je hier zo ook aanmelden.
Onder dit manifest ligt een petitie, die medio maart is gelanceerd en inmiddels door meer dan 6000 mensen (still running), waaronder velen uit de jeugdzorg zelf, is ondertekend. Dit valt nog verder te ondertekenen, tot 9 mei: zie FNV site om dat hier electronisch te doen.
De petitie is goed samengevat in recente interviews met dr. Steven P.M. de Waal als voorzitter van de denktank in Zorg&Welzijn van april j.l. en in Zorgvisie van maart jl.
Het manifest bevat belangrijke uitgangspunten waarop een nieuw jeugdzorg stelsel ontworpen moet worden, die in het manifest veel verder zijn uitgewerkt met tientallen concrete maatregelen, zoals It takes a village to raise a child: zet in op het belang van en een partnership met een krachtige civil society en bouw de jeugdzorg op vanuit de basis: een goede en adequate zorg voor deze jongere en/of dit gezin door deze professional in zijn/haar professionaliteit en praktische wijsheid
Belangrijke punten uit deze visie die geheel aansluiten bij het gedachtegoed van Public SPACE zijn onder andere:
- Inzetten op het belang van en het partnership met de civil society: de verbanden van, voor en door burgers zelf en de aansluiting op de dichtbij de civil society opererende ‘public servants’, zoals docenten, sportcoaches, huisartsen en wijkagenten. ‘It takes a village to raise a child’
- Inzetten op het belang van maatschappelijk initiatief en maatschappelijk ondernemerschap (De Waal e.a. 1994). Dat leidde in 2000 tot zijn ontwerp van het concept van de ‘maatschappelijke onderneming‘, dat daarna (en eigenlijk nog) een groot politiek debat uitlokte. Dat unieke publiek/private model, zo luidt zijn analyse, ligt in hoge mate onder veel publieke sectoren in Nederland, waaronder zeker ook de gezondheidszorg, zowel zorgaanbod als zorgverzekeringen. Voor de jeugdzorg gaat het erom dat je ouders en jongeren mee laat besturen en bepalen wat er met hen en met jeugdzorg in het algemeen gebeurt. Zoals ook goed te zien was in de samenstelling van de Denktank.
- Een belangrijk punt in het denken van Public Space, namelijk dat burgers zelf aan het roer moeten staan, zelf formele invloed moeten hebben, komt daarom ook terug in het manifest. Het gaat om macht en dus om formele en juridische zeggenschap. Dr. Steven P.M. de Waal heeft dat voor het eerst neergelegd in zijn laatste Nederlandse boek van 2015: ‘Burgerkracht met Burgermacht‘ en vooral de subtitel is daarin interessant (en lokte ook veel discussie uit in de vele lezingen die hij hier sindsdien over gehouden heeft): ‘Het einde van het polderpaternalisme’! Voorbij het etaleren van goede bedoelingen en tegelijk het beter weten voor ‘de mensen in het land’. Dat is immers de essentie van paternalisme: je bedoelt het goed, maar de anderen zijn wel kinderen en moeten vooral braaf luisteren en gehoorzamen. Voorbij het deugdzaam ‘mee laten praten’, maar ondertussen burgers weinig te vertellen geven, zeker niet in formele zin. ‘Participatie’ dus alleen als truc om als bestuur je eigen zin te kunnen doen, maar ‘je hebt wel naar de mensen geluisterd’. Dit is nog verder door hem onderbouwd in zijn laatste Engelse boek (‘Civil Leadership as the Future of Leadership'(2018), ook daar is de subtitel tekenend voor de missie van Public Space: ‘the disruptive power of citizens‘), waarover hij in 2019 wereldwijd veel lezingen heeft gegeven. De kernconclusie daar is namelijk dat de nieuwe mediatechnologie de burger meer macht gaat geven in opinievorming, in publiek debat, in beoordeling van politici, in kennis van feiten en in publieke recensies. Hij analyseert daar o.a. het ontstaan van de ‘permanent public grandstand’, waarbij het voor veel Nederlandse bestuurders erg wennen is dat ditzelfde publiek nu ineens openlijk en publiek kan terugpraten, een gesprek kan eisen en van elkaar ook kan zien wat de heersende publieke opinie blijkbaar is.
- Dat leidt dus ook tot de noodzaak van ander leiderschap, al eerder (2014) door hem in zijn proefschrift omschreven als ‘civil leadership’, waarop in het manifest uiteraard ook maatregelen worden voorgesteld om bestuurders wakker te houden, te selecteren en permanent op te leiden.
- Uitgaan van en de organisaties inrichten op de praktische wijsheid (afgeleid van de favoriete filosoof van Public Space, Aristoteles en zijn ‘phroneisis’) van professionals in hun ontmoeting met DEZE cliënt/gezin met DEZE ingewikkelde problemen en wat HIER nu het beste kan gebeuren. Dit is natuurlijk al langer een onderliggend punt bij Public Space, mede voortkomend uit zijn ervaring met en het besturen van een (indertijd) grote organisatie van professionals, Boer&Croon Strategy and Management Group (tot 2004), van vooral management consultants en interim-managers.
Dr. Steven P.M. de Waal is voorzitter van deze Denktank Jeugdsprong geworden op verzoek van de initiatiefnemers FNV Hoofdbestuur en Stichting Beroepseer. Daarvoor hebben drie gelijkwaardige redenen gegolden, die ook goed zijn terug te zien in bovenstaande punten.
Allereerst natuurlijk zijn grote kennis van strategie en stelsels van gezondheidszorg, ook in het buitenland en ook nu in de spannende corona tijden. Meest duidelijk als het gaat om jeugdzorg was dit te zien in de beide essays, de eerste over Jeugdgezondheidszorg (2010) en de tweede over Decentralisatie Jeugdzorg (2011) die hij schreef, gebaseerd op verkenningen en ontmoetingen in die sector in samenwerking met GGD Nederland.
Ten tweede natuurlijk zijn ervaring met het voorzitterschap van een onafhankelijke denktank, aangezien hij de eerste private onafhankelijke denktank in Nederland oprichtte en voorzit, Public SPACE.
En ten derde, en dat is hier het belangrijkste, omdat het gedachtegoed en de missie van Public SPACE, namelijk het bevorderen van actief burgerschap en maatschappelijk ondernemerschap, de initiatiefnemers zeer aansprak en ook zeker onderdeel kon zijn van het te schetsen perspectief op de noodzakelijke vernieuwing van de jeugdzorg. Dat is goed terug te zien in bovenstaande punten die dus een sterke connectie verraden tussen het denkwerk van Public Space en dat van de Denktank Jeugdsprong.
Hiermee is maar weer eens aangetoond dat de Nederlandse publieke cultuur echt onafhankelijk, creatief en toekomstgericht denken mist. De rijksoverheid kent het model van vaste adviesorganen, die toch voor hun budget en personeel afhankelijk zijn van de politieke leiding en dus al gauw teveel die agenda qua issues en thema’s volgen, al laten ze hopelijk hun advisering daar niet ook nog eens teveel door sturen. Andere zich denktanks noemende partijen zijn vaak voor hun financiering en andere diensten die zij leveren, teveel afhankelijk van overheidssubsidie en -opdrachten, waardoor die mentale en creatieve onafhankelijkheid in gevaar kan komen. Public Space is zo ook ontstaan, als onderdeel van een toen zeer succesvolle commerciële onderneming rond management consultancy en interim-management en kent dus die spannende afwegingen van binnenuit, waardoor met name die onafhankelijkheid onder druk kan komen.
De publieke omstandigheden waren ook nog eens heftig en actueel. Er was veel politiek rumoer over de vastlopende formatie van een nieuw kabinet. Er was een heftige strijd binnen de overheid, rondom de lobby van de VNG over de noodzaak van meer geld. En er ontstond (mede gevoed door het mediabereik van de Denktank) een toenemend publiek besef dat onze jeugdzorg vastloopt en slecht functioneert, ten koste van kwetsbare jongeren. Juist dan blijkt een volstrekt mentaal onafhankelijk en niet lobby technisch of politiek gekleurd denken en adviseren grote noodzaak. Bij grote problemen hoort ook groots en creatief denken (het tegenovergestelde is een denken en publiek debat, waar Nederland erg last van heeft door de neiging (te vroeg) consensus en compromis te zoeken, dat hebben wij in 2007 al ‘verhakseling’ genoemd) en vooral dus onafhankelijkheid van bestaande lobby’s en belangen. In de moderne mediatechnologie (zie De Waal 2018) past dus ook dat zo’n private denktank alle partijen en personen kan raadplegen (check), alle modern onderzoek en advies tot zich kan nemen en verwerken (check) en tegelijk onder ‘het publiek’ bekendheid en grote steun kan verwerven (check). Daarvoor heb je dus de officiële instanties en de officiële (nu demissionaire) politici niet meer nodig en ook de klassieke media niet meer, die ook te vaak te braaf de officiële, want publieke politieke agenda volgen (de echte politieke agenda kan een heel andere zijn).
Mooie tijden voor private, echt onafhankelijke denktanks, zoals Public SPACE en Jeugdsprong. In dit geval mogelijk daardoor, en dat blijft natuurlijk onze missie, ook goed voor de jongeren en gezinnen die door een betere jeugdzorg ook beter geholpen zullen worden.